Search

Preken

Onderwerp 9: Romeinen (commentaren over Romeinen)

[Hoofdstuk 6-2] De Ware Betekenis van Jezus’ Doopsel (Romeinen 6:1-8)

(Romeinen 6:1-8)
“Wat zullen wij dan zeggen? Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade te meerder worde? Dat zij verre. Wij, die der zonde gestorven zijn, hoe zullen wij nog in dezelve leven? Of weet gij niet, dat zovelen als wij in Christus Jezus gedoopt zijn, wij in Zijn dood gedoopt zijn? Wij zijn dan met Hem begraven, door den doop in den dood, opdat, gelijkerwijs Christus uit de doden opgewekt is tot de heerlijkheid des Vaders, alzo ook wij in nieuwigheid des levens wandelen zouden. Want indien wij met Hem één plant geworden zijn in de gelijkmaking Zijns doods, zo zullen wij het ook zijn in de gelijkmaking Zijner opstanding; Dit wetende, dat onze oude mens met Hem gekruisigd is, opdat het lichaam der zonde te niet gedaan worde, opdat wij niet meer de zonde dienen.”
 


Wat betekent doopsel?

 
We noemen Johannes, die Jezus doopte, Johannes de Doper. Wat betekent doopsel dan? “Doopsel” is “βάφτισμα” in het Grieks. Het betekent “ondergedompeld worden.” En de belangrijkste betekenis van het doopsel is ‘de zonden en de dood wegnemen.”
Het zinsdeel “ondergedompeld worden” geeft de dood aan. Alle zonden van de wereld werden aan Jezus doorgegeven toen Johannes de Doper Hem doopte en aldus nam Hij ze allemaal weg en stierf aan het Kruis door het loon van al onze zonden te betalen. Jezus stierf in onze plaats. Dood is het resultaat van de zonden want “De bezoldiging van de zonde is de dood” (Romeinen 6:23).
Doopsel betekent ook “gewassen worden.” Al onze zonden zijn weggewassen zonder een beetje zonde achter te laten, omdat Jezus alle zonden van de wereld op Zijn vlees nam door Zijn doopsel. Alle zonden in de harten van mensen zijn weggewassen omdat ze door het doopsel aan Jezus zijn doorgegeven.
Doopsel heeft dezelfde betekenis als “het opleggen van handen.” “Het opleggen van handen” betekent “doorgeven.” De handeling van Jezus’ doopsel van Johannes de Doper was om alle zonden van de wereld te dragen. Het was de eeuwige wet van Gods zaligmaking dat de priester zijn handen op het hoofd van het zonde-offer legde om de zonden van Israël eraan door te geven op de tiende dag van de zevende maand.
Leviticus 16:21-22 verklaart, “En Aaron zal beide zijn handen op het hoofd van den levenden bok leggen, en zal daarop al de ongerechtigheden der kinderen Israëls, en al hun overtredingen, naar al hun zonden, belijden; en hij zal die op het hoofd des boks leggen, en zal hem door de hand eens mans, die voorhanden is, naar de woestijn uitlaten. Alzo zal die bok op zich al hun ongerechtigheden in een afgezonderd land wegdragen; en hij zal dien bok in de woestijn uitlaten.” Toen Aaron, de Hogepriester, zijn handen op het hoofd van de levende bok legde, nam de bok alle zonden van Israël over en werd voor de mensen geslacht.
 


“Het opleggen van handen op het hoofd van het zonde-offer” in het Oude Testament is hetzelfde als “het doopsel” in het Nieuwe Testament

 
De betekenis van het doopsel is “ondergedompeld worden.” Het sluit “begraven worden, gewassen worden en doorgeven aan” in. Mensen in het Oude Testament brachten geiten of lammeren zonder smet en legden hun handen op het hoofd van het zonde-offer om hun zonden eraan door te geven. Dit is hetzelfde als de handeling van het doopsel in het Nieuwe Testament. De geit nam de zonden weg door “het opleggen van handen” en werd geslacht. Jezus werd door Johannes de Doper gedoopt, die de vertegenwoordiger van de hele mensheid is, om alle zonden van de wereld weg te nemen en werd gekruisigd.
Aaron, de Hogepriester en de vertegenwoordiger van Israël, legde zijn handen op het hoofd van de bok om de zonden van de Israëlieten eraan door te geven en slachtte de bok, nam zijn bloed met zijn vinger en smeerde het op de hoorns van het brandofferaltaar. Daarom zei Lukas dat Johannes de Doper, die geboren werd in de familie van Aaron, de vertegenwoordiger is van de hele mensheid, net als Aaron, de Hogepriester, de vertegenwoordiger van alle Israëlieten was.
De Bijbel zegt, “Onder degenen, die van vrouwen geboren zijn, is niemand opgestaan meerder dan Johannes de Doper” (Mattheus 11:11). Johannes de Doper had het recht om de zonden van de wereld door het doopsel in één keer en voor altijd aan Jezus door te geven als de aardse Hogepriester volgens het eeuwige statuut van God. Johannes de Doper was de laatste Hogepriester. Als ik zeg dat Johannes de Doper de Hogepriester was, zeggen sommige mensen, “Waar staat geschreven dat Johannes de Doper de Hogepriester was in de Bijbel?” Is het niet geschreven? De man die door Zacharias verwekt werd, was Johannes de Doper. Priester Zacharias van de divisie van Priester Abia, een kleinzoon van Aaron de Hogepriester, was duidelijk de nakomeling van de familie van Aaron.
De Bijbel spreekt over de divisies van de priesters, die de nakomelingen van Aaron waren, in 1 Kronieken 24:10. In de laatste dagen van David, waren er veel priesters en zij moesten onderverdeeld worden. Dus werden zij onderverdeeld door loting in 24 divisies volgens de 24 families van de kleinzonen van Aaron. Het achtste lot viel toe aan Abia. Elke divisie diende 15 dagen lang het Heiligdom en het Huis van de Heer. En Zacharias van de divisie van Priester Abia werd door God gekozen als een dienstdoende priester van zijn divisie.
Lukas 1:9 verklaart, “Naar de gewoonte der priesterlijke bediening, hem te lote was gevallen, dat hij zoude ingaan in den tempel des Heeren om te reukofferen.” Het toont ons dat Johannes de Doper werd geboren in de familie van Aaron de Hogepriester, en de laatste Hogepriester die de hele mensheid zou vertegenwoordigen (Mattheus 11:11, 3:13-17). Alleen een man die geboren was in de familie van de Hogepriester kon een Hogepriester worden volgens de wet. Alleen leeuwen kunnen leeuwenwelpen krijgen. Johannes de Doper nam het Hogepriesterschap van Aaron, zijn voorvader, over.
 


De Apostelen van Jezus getuigden van het doopsel van Jezus

 
Alle Apostels, vooral Paulus, Petrus, Mattheus en Johannes getuigden van het doopsel van Jezus. Laten we eens kijken naar het getuigenis van de Apostel Paulus dat in de hoofdpassages van vandaag staat. “Wat zullen wij dan zeggen? Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade te meerder worde? Dat zij verre. Wij, die der zonde gestorven zijn, hoe zullen wij nog in dezelve leven? Of weet gij niet, dat zovelen als wij in Christus Jezus gedoopt zijn, wij in Zijn dood gedoopt zijn? Wij zijn dan met Hem begraven, door den doop in den dood, opdat, gelijkerwijs Christus uit de doden opgewekt is tot de heerlijkheid des Vaders, alzo ook wij in nieuwigheid des levens wandelen zouden. Want indien wij met Hem één plant geworden zijn in de gelijkmaking Zijns doods, zo zullen wij het ook zijn in de gelijkmaking Zijner opstanding; Dit wetende, dat onze oude mens met Hem gekruisigd is, opdat het lichaam der zonde te niet gedaan worde, opdat wij niet meer de zonde dienen. Want die gestorven is, die is gerechtvaardigd van de zonden. Indien wij nu met Christus gestorven zijn, zo geloven wij, dat wij ook met Hem zullen leven” (Romeinen 6:1-8). 
Galaten 3:27 verklaart ook, “Want zovelen als gij in Christus gedoopt zijt, hebt gij Christus aangedaan.” Laten we eens kijken naar de getuigenis van Petrus. 1 Petrus 3:21 verklaart, “Waarvan het tegenbeeld, de doop, ons nu ook behoudt, niet die een aflegging is der vuiligheid des lichaams, maar die een vraag is van een goed geweten tot God, door de opstanding van Jezus Christus.”
De Apostel Johannes zegt in 1 Johannes 5:5-8, “Wie is het, die de wereld overwint, dan die gelooft, dat Jezus is de Zoon van God? Deze is het, Die gekomen is door water en bloed, namelijk Jezus, de Christus; niet door het water alleen, maar door het water en het bloed. En de Geest is het, Die getuigt, dat de Geest de waarheid is. Want Drie zijn er, Die getuigen in den hemel, de Vader, het Woord en de Heilige Geest; en deze Drie zijn Een. En drie zijn er, die getuigen op de aarde, de Geest, en het water, en het bloed; en die drie zijn tot een.”
De getuigenis van Mattheus is geschreven in Mattheus 3:13-17. “Toen kwam Jezus van Galilea naar de Jordaan, tot Johannes, om van hem gedoopt te worden. Doch Johannes weigerde Hem zeer, zeggende: Mij is nodig van U gedoopt te worden, en komt Gij tot mij? Maar Jezus, antwoordende, zeide tot hem: Laat nu af; want aldus betaamt ons alle gerechtigheid te vervullen. Toen liet hij van Hem af. En Jezus, gedoopt zijnde, is terstond opgeklommen uit het water; en ziet, de hemelen werden Hem geopend, en hij zag den Geest Gods nederdalen, gelijk een duive, en op Hem komen. En ziet, een stem uit de hemelen, zeggende: Deze is Mijn Zoon, Mijn Geliefde, in Denwelken Ik Mijn welbehagen heb!”
Jezus nam alle zonden van de wereld weg door het doopsel van Johannes de Doper te ontvangen. “Want aldus betaamt ons alle gerechtigheid te vervullen.” Jezus nam de zonden van de wereld op Zich door het doopsel van Johannes de Doper te ontvangen, wat de meest gepaste manier was. God getuigde het Zelf. “En Jezus, gedoopt zijnde, is terstond opgeklommen uit het water; en ziet, de hemelen werden Hem geopend, en hij zag den Geest Gods nederdalen, gelijk een duive, en op Hem komen. En ziet, een stem uit de hemelen, zeggende: ‘Deze is Mijn Zoon, Mijn Geliefde, in Denwelken Ik Mijn welbehagen heb!’” Jezus nam al onze zonden door Zijn doopsel weg, getuigde het evangelie van het water en de Geest gedurende drie jaar, werd gekruisigd tot de dood en herrees van de dood op de derde dag. Nu zit Hij aan de rechterhand van God.
Jezus zal terugkeren naar diegenen die zonder zonde op Hem wachten. Hebreeën 9:28 verklaart, “Alzo ook Christus, eenmaal geofferd zijnde, om veler zonden weg te nemen, zal ten anderen male zonder zonde gezien worden van degenen, die Hem verwachten tot zaligheid.” God zei zelf, “Deze is Mijn Zoon, in Denwelken Ik Mijn welbehagen heb,” en de Heilige Geest getuigt dat de Man die alle zonden van de wereld wegnam, Jezus, de Verlosser was. De mensen begrijpen echter de Bijbel niet omdat hun geestelijk ogen gesloten zijn. Hun geestelijke ogen zouden geopend moeten worden en zij zouden wedergeboren moeten worden uit het water en de Geest (Johannes 3:5). 
Daarom denken ze dat alleen Jezus voor de zaligmaking van de mensheid zorgde. Maar in werkelijkheid was Jezus het Lam van God en had Hij Johannes de Doper nodig, die de vertegenwoordiger van de hele mensheid was en die alle zonden van de wereld aan Hem kon doorgeven. Omdat op dezelfde manier de Hogepriester, Aaron zijn handen op het hoofd van het zonde-offer (de levende geit) legde en de zonden van alle Israëlieten doorgaf aan het hoofd van het offer. Aaron bevrijdde hen van hun zonden door het zonde-offer te doden. Dus stuurde God Zijn boodschapper voor Jezus.
 

Wie is Johannes de Doper?
 
Johannes de Doper is de boodschapper van God die voorspeld werd in Maleachi 3:1-3. De Heer had de boodschapper Johannes de Doper nodig, die de hele mensheid zou vertegenwoordigen. Jezus Christus, de Zoon van God, nam de eeuwige zonden van alle mensen weg door Johannes de Doper en werd in het Nieuwe Testament gekruisigd als het loon van de zonden. Maar in het Oude Testament namen schapen de zonden weg, voor een beperkte tijdsperiode, en werden gedood. Daarom redde Jezus alle mensen van de eeuwige zonden. 
Twee grote gebeurtenissen vonden plaats vóór de geboorte van Jezus. De ene was dat Maria Jezus ontving en de ander was dat Johannes de Doper geboren werd in de divisie van Abia. Deze twee gebeurtenissen vonden plaats in Goddelijke Voorzienigheid. Het was het perfecte stuk geschreven door God. God stuurde Johannes de Doper zes maanden vóór Jezus naar de wereld en stuurde vervolgens Zijn eniggeboren Zoon om ons te verlossen van oorlogvoering en pijn. Begrijpt u dit? Laten we dieper in de Bijbel kijken. 
Laten we eens kijken naar Mattheus 11:7-14, waarin Jezus over Johannes de Doper getuigt. “Als nu dezen heengingen, heeft Jezus tot de scharen begonnen te zeggen van Johannes: Wat zijt gij uitgegaan in de woestijn te aanschouwen? Een riet, dat van den wind ginds en weder bewogen wordt? Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een mens, met zachte klederen bekleed? Ziet, die zachte klederen dragen, zijn in der koningen huizen. Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een profeet? Ja, Ik zeg u, ook veel meer dan een profeet. Want deze is het, van dewelken geschreven staat: Ziet, Ik zende Mijn engel voor Uw aangezicht, die Uw weg bereiden zal voor U heen. Voorwaar zeg Ik u: onder degenen, die van vrouwen geboren zijn, is niemand opgestaan meerder dan Johannes de Doper; doch die de minste is in het Koninkrijk der hemelen, is meerder dan hij. En van de dagen van Johannes den Doper tot nu toe, wordt het Koninkrijk der hemelen geweld aangedaan, en de geweldigers nemen hetzelve met geweld. Want al de profeten en de wet hebben tot Johannes toe geprofeteerd. En zo gij het wilt aannemen, hij is Elias, die komen zou.”
Mensen gingen de woestenij in om Johannes de Doper te zien die uitriep, “Bekeert u; want het Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen!” (Mattheus 3:2). Jezus zei tegen hen, “Wat zijt gij uitgegaan in de woestijn te aanschouwen? Een riet, dat van den wind ginds en weder bewogen wordt? Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een mens, met zachte klederen bekleed? Ziet, die zachte klederen dragen, zijn in der koningen huizen. Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een profeet? Ja, Ik zeg u, ook veel meer dan een profeet.”
In het tijdperk van het Oude Testament, was een koning niet machtiger dan een profeet. Koningen gehoorzaamden de profeten. Wie was machtiger dan alle koningen en profeten in het Oude Testament? Het was Johannes de Doper. Jezus getuigde het Zelf. Wie was de vertegenwoordiger van de hele mensheid? Wie was de vertegenwoordiger van alle menselijke wezens die vlees hebben, behalve Jezus? Het was Johannes de Doper. Johannes de Doper was de aardse Hogepriester van de hele mensheid. Hij werd door de Heer Zelf aangesteld en naar de wereld gestuurd en vervulde zijn rol.
“Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een profeet? Ja, Ik zeg u, ook veel meer dan een profeet. Want deze is het, van dewelken geschreven staat: ‘Ziet, Ik zende Mijn engel voor Uw aangezicht, die Uw weg bereiden zal voor U heen.’”
Jesaja profeteerde dat de oorlogvoering in Jerusalem tot een einde zou komen. We zien dat de voorspelling gerealiseerd werd toen Johannes de Doper zei, “Zie, het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt” (Johannes 1:29). Johannes de Doper getuigde dat Jezus de Zoon van God was en alle zonden van de wereld wegnam.
Aan de andere kant getuigde Jezus dat Johannes de Doper de door God gekozen boodschapper was die komen zou. Mattheus 11:11 verklaart, “Voorwaar zeg Ik u: onder degenen, die van vrouwen geboren zijn, is niemand opgestaan meerder dan Johannes de Doper; doch die de minste is in het Koninkrijk der hemelen, is meerder dan hij.” Is er één verrezen die meerdere is dan Johannes de Doper onder diegenen die uit vrouwen zijn geboren? Nee. Wat betekent “die van vrouwen geboren zijn?” Het betekent “alle mensen van de wereld.” De woorden, “onder degenen, die van vrouwen geboren zijn, is niemand opgestaan meerder dan Johannes de Doper,” betekenen dat Johannes de Doper de vertegenwoordiger van alle mensen van de wereld was. Hij was een Hogepriester omdat hij in de familie van Aaron werd geboren.
 

Johannes de Doper was de vertegenwoordiger van alle mensen in de wereld
 
Kunt u geloven dat Johannes de Doper de vertegenwoordiger was van alle mensen in de wereld en de Hogepriester die al onze zonden aan Jezus doorgaf, wetende dat God Aaron en zijn nakomelingen had aangesteld om het priesterschap in het Oude Testament voor altijd te dienen?
Wie was de vertegenwoordiger van de hele mensheid? En wie was de vertegenwoordiger van alle mensen die vlees hebben, behalve Jezus? Het was Johannes de Doper, die Jezus doopte.
“Ja, Ik zeg u, ook veel meer dan een profeet. Want deze is het, van dewelken geschreven staat: Ziet, Ik zende Mijn engel voor Uw aangezicht, die Uw weg bereiden zal voor U heen.’”
En de man die getuigde “Zie, Het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt!” (Johannes 1:29), was Johannes de Doper.
Jezus zei, “En van de dagen van Johannes den Doper tot nu toe, wordt het Koninkrijk der hemelen geweld aangedaan, en de geweldigers nemen hetzelve met geweld. Want al de profeten en de wet hebben tot Johannes toe geprofeteerd” (Mattheus 11:12-13). Deze passage toont dat Jezus alle zonden van de wereld wegnam door het doopsel van Johannes de Doper te ontvangen en door de Verlosser van de hele mensheid te worden. Het laat ook zien dat Johannes de Doper alle zonden van de wereld aan Jezus doorgaf. Jezus zei het Zelf. Dit betekent dat Johannes de Doper de zonden van de wereld aan Jezus doorgaf en iedereen die dit feit gelooft is gered van al zijn/haar zonden en zal het Koninkrijk der Hemelen binnengaan. Is dit juist of niet? Het is precies juist volgens Gods Woord, en daardoor kunnen wij, de predikers van de bijbelse waarheid, het op een nette manier overbrengen. Wie die de waarheid gelooft, zal het Koninkrijk der Hemelen binnengaan.
 

Johannes de Doper gaf de zonden van de wereld aan Jezus door als de laatste Hogepriester van het Oude Testament
 
Zacharias, de vader van Johannes de Doper, kreeg een boodschap van een engel van de Heer. Laten we eens kijken naar het getuigenis van Zacharias aan zijn zoon. Is het getuigenis van zijn vader niet meer dan exact? Laten we zijn gezongen getuigenis in de vorm van een psalm eens bekijken. “En Zacharias, zijn vader, werd vervuld met den Heiligen Geest, en profeteerde, zeggende: Geloofd zij de Heere, de God Israëls, want Hij heeft bezocht, en verlossing te weeg gebracht Zijn volke; En heeft een hoorn der zaligheid ons opgericht, in het huis van David, Zijn knecht; Gelijk Hij gesproken heeft door den mond Zijner heilige profeten, die van het begin der wereld geweest zijn; Namelijk een verlossing van onze vijanden, en van de hand al dergenen, die ons haten; Opdat Hij barmhartigheid deed aan onze vaderen, en gedachtig ware aan Zijn heilig verbond; En aan den eed, dien Hij Abraham, onzen vader, gezworen heeft, om ons te geven. Dat wij, verlost zijnde uit de hand onzer vijanden, Hem dienen zouden zonder vreze. In heiligheid en gerechtigheid voor Hem, al de dagen onzes levens. En gij, kindeken, zult een profeet des Allerhoogsten genaamd worden; want gij zult voor het aangezicht des Heeren heengaan, om Zijn wegen te bereiden; Om Zijn volk kennis der zaligheid te geven, in vergeving hunner zonden, door de innerlijke bewegingen der barmhartigheid onzes Gods, met welke ons bezocht heeft de Opgang uit de hoogte; Om te verschijnen dengenen, die gezeten zijn in duisternis en schaduw des doods; om onze voeten te richten op den weg des vredes. En het kindeken wies op, en werd gesterkt in den geest, en was in de woestijnen, tot den dag zijner vertoning aan Israël” (Lukas 1:67-80).
Zijn vader voorspelde wat soort profeet en priester Johannes zou worden. Laten we eens kijken wat hij aan zijn zoon voorspelde. “En gij, kindeken, zult een profeet des Allerhoogsten genaamd worden; want gij zult voor het aangezicht des Heeren heengaan, om Zijn wegen te bereiden; Om Zijn volk kennis der zaligheid te geven, in vergeving hunner zonden, door de innerlijke bewegingen der barmhartigheid onzes Gods, met welke ons bezocht heeft de Opgang uit de hoogte; Om te verschijnen dengenen, die gezeten zijn in duisternis en schaduw des doods; om onze voeten te richten op den weg des vredes” (Lukas 1:76-79).
Hier zegt de Bijbel duidelijk, “Om Zijn volk kennis van de zaligheid te geven, in vergeving hunner zonden.” Wie geeft ons de kennis van de zaligmaking? Lukas 1:76 geeft aan dat het Johannes de Doper is. We leren Jezus kennen en in Hem geloven omdat Johannes de Doper getuigde dat Jezus Christus zondaars van hun zonden heeft gered door het doopsel van hem te ontvangen om de zonden weg te nemen, wat op de meest rechtvaardige en eerlijke manier werd gedaan. Johannes de Doper “kwam tot een getuigenis, om van het Licht te getuigen, opdat zij allen door hem geloven zouden. Hij was het Licht niet, maar was gezonden, opdat hij van het Licht getuigen zou?” (Johannes 1:7-8).
 

We moeten gered worden
 
We moeten worden verlost door te geloven dat Jezus alle mensen in de wereld op de meest rechtvaardige en eerlijke manier heeft gered door het doopsel van Johannes de Doper te ontvangen. De gerechtigheid van God zegt dat Jezus naar de wereld kwam in de gelijkenis van een mens, zondaars verloste van al hun zonden op de meest rechtvaardige en eerlijke manier door gedoopt te worden van Johannes de Doper en weer tot leven werd gebracht nadat hij gekruisigd was. De gerechtigheid van God zit verborgen in het evangelie van het water en de Geest.
De gerechtigheid van God die in het evangelie wordt geopenbaard, leert ons dat Jezus werd gezonden in de gelijkenis van een mens, gedoopt werd, gekruisigd werd en op de derde dag uit de dood opstond. We gaan geloven in Jezus door de getuigenis van Johannes de Doper en we zijn van al onze zonden gered door te geloven in Jezus’ gerechtigheid. Alle zonden van de mensen zijn uitgewist en zij hebben het eeuwige leven door het geloof in Jezus door Johannes de Doper. Zij hebben de Heilige Geest, die getuigt dat we Gods kinderen zijn, als een geschenk ontvangen.